In mijn tuin staat een oude kastanjeboom. Een beauty. Hij hoorde bij de tuin van het landgoed waarop dit kleine wijkje is gebouwd. De oude bomen mochten blijven staan. Hij zorgt wel voor veel schaduw, waardoor sommige planten het bij mij nooit doen, maar bij een kleine hittegolf heb ik geen parasol nodig, het bladerdek van de kastanje houdt de felle zon tegen.
Met zo’n kastanje heb je altijd wat te doen, want er valt altijd wel wat naar beneden. Als de knoppen ontluiken, ligt het gras vol met plakkerige blaadjes die de katten mee naar binnen brengen. Vinden ze niet leuk. Als het flink waait, komen er dooie takken naar beneden, stukken schors, en loszittende bladeren.
In het voorjaar als de kaarsjes zich laten zien, zijn het de bloemblaadjes die naar beneden komen. Nu in augustus zijn het de piepkleine kastanjes, die het niet redden om uit te groeien tot volwassen exemplaren. Eind september vallen dan de prachtige glimmende kastanjes uit de boom, vaak nog in hun groene bolster. En dan, begin november, dat eindeloze blad dat toch echt van het gras af moet. In de wintermaanden blijft het dan even rustig, eind maart begint alles weer opnieuw.
Bij ons staat ook een kastanjeboom, nog niet zo groot weliswaar. Toch is hij al enige tijd het voorwerp van discussie: laten staan of niet. Ook omdat hij zoveel schaduw geeft. Ik zal mij alleszins verzetten als iemand hem wil kappen, tenzij het echt niet anders kan 😉
LikeLike