Mijne bedoeling is eene vraag te stellen, of eigenlijk met iets voor den dag te komen, waaromtrent ik in gevoelen meen te verschillen met uwe Redactie. Het gaat om uwe waardeschatting van detective-verhalen. Ik heb eenige van dat soort boeken gelezen en steeds was er sprake van een griezeligen moord of sluwe diefstallen.
Uit de verschillende recensies, die ik lees moet ik opmaken dat zulke misdaden in alle detectiveverhalen voorkomen. Te begrijpen is het wel. Waar verondersteld wordt dat een politieman ingrijpt (en dat is toch een detective), veel moeite en geld besteedt om iets te achterhalen, moet er natuurlijk al iets heel ergs zijn gebeurd, eene misdaad onder geheimzinnige omstandigheden. Maar juist dit misdadigerselement maakt voor mij zoo ’n detective-roman van twijfelachtige waarde. Er zit zelfs een gevaarlijk kantje aan.
Evenwichtige naturen zullen er niet door uit hun evenwicht worden gebracht. Edoch, wie staat er voor in dat de lezers steeds evenwichtige menschen zijn? Hoeveel jongens met hun krachtige passies en teugellooze verbeelding, bewonderen niet den durf van een bandiet en verkneukelen zich in de slimheid, waarmede hij zijne vervolgers om den tuin lijdt? Is daar nu werkelijk geen gevaar in gelegen? Ik heb mij dat al dikwijls afgevraagd, maar hield het problem stil voor mij zelve.
En dan is er nog het gevaar voor de echte kunst van vertellen. Waar het publiek aldoor maar weer leest van moord en doodslag, diefstal en roof, van de onmogelijkste avonturen, van listen en lagen, daar moet de vatbaarheid voor zachter indrukken afnemen. Waar een vulgaire sentimentaliteit of gevoelsuitstalling in den avonturen-roman regel is, daar moet het publiek onzuiver gaan voelen. Overprikkeling leidt tot smaakbederf. En, als wij de klacht vernemen dat het publiek voor werk met letterkundige waarde hoe langer, hoe minder belangstelling aan den dag legt, daar moeten wij het euvel voor een deel wijten aan het succes der “boeken van avontuur” door schrijvers, welke door hun phantasie voor een wijle de werkelijkheid dezer tijden doen vergeten.”
Wat dunkt U, geachte Redactie, van deze beschouwingen?
Ik persoonlijk zou meer nog het gevaar willen zien in het misdadig milieu, waarin de lezer wordt gebracht, dan in het listig of gewelddadig optreden der “speurhonden”. Toch valt ook dit niet weg te cijferen. Zoo herinner ik mij uit een van de boeken van Ivans, die overigens zeer matig is in zijn etalage van misdaden, dat zijn detective Gill den gewonden misdadiger uit medelijden laat loopen. Dat is een voorbarige proeve tot reclasseering, waarbij aan het rechtsgevoel niet voldaan is en in de oogen van het publiek de schuld van den schuldige en de boosheid der daad wordt verzwakt.
Mijne redeneeringen zijn misschien niet geheel volgens de kunst, maar ik ben ook maar een vrouw, van wie men beweert dat zij niet “logisch” zijn. Maar een groot man heeft gezegd dat zij “intuitie” bezitten, en ik vlei mij dan ten minste intuitief te hebben ingezien, wat ik hier wellicht niet klaar en duidelijk heb kunnen maken, dat namelijk : Detective-romans niet zoo ongevaarlij k zijn als zij lijken.
L. BARTELS -WALDENAAR.
ANTWOORD DER REDACTIE.
Neen Mevrouw, in onze Redactie schuilt niemand, die zoo verwaand is, aan de vrouwen de gave der logica te willen ontzeggen. Waar ter wereld een groote kladderadatsch plaats greep als het resultaat van gederailleerd denken, daar weten wij reeds op voorhand dat er een man aan het werk moet zijn geweest.
De moord op Julius Caesar was alleen mogelijk doordat Brutus en Cassius en de helpende heeren hun geregelden gedachtengang hadden verwrongen, de een uit nijd, de ander uit dweepzucht. Doch laat het genoeg zijn, dat wij het vermoeden treffende ongelijke toewijzing van logica energiek afwijzen. Het zou ook wel heel erg moeielijk zijn om te zeggen hoe het met de verdeeling dezer gave precies gesteld is. Minder moeielijk achten wij een antwoord op uwe bedenkingen tegen detective-romans.
Wij merken op dat wij nooit geestdriftige bewonderaars zijn geweest van dat genre, ofschoon wij gelooven dat zij over het algemeen minder kwaad zullen doen dan een massa andere ont spanningslectuur, en met name die, waarin liefdesavonturen verwerkt zijn.
Als er geen avonturen-romans zouden bestaan, zou dan de zin voor boeken met werkelijk literaire waarde grooter zijn dan thans? Och neen, het is betrekkelijk maar een klein groepje dat iets geeft om Vondel, Dante, Racine, Goethe en al die oudere grooten. De herhaalde nieuwe uitgaven zullen U niet misleiden, als U bedenkt dat die auteurs voor examens worden bestudeerd en overigens in elke respectabele boekerij behooren te staan, ook al vraagt er niemand naar.
En wat het demoraliseerende betreft van die moordgeschiedenissen. Ik zou er dadelijk willen bij voegen, het dreigt toch pas ernstig als iemand verzot raakt op dergelijke lectuur. Eerst als hij geregeld leeft in zoo’n atmosfeer, wordt de moreele fijngevoeligheid wellicht wat afgestompt en bij zwakke karakters is er gevaar voor navolging. Hetgeen echter grootendeels afhangt van den schrijver. Hij heeft het immers volkomen in zijn macht, de spitsboeven zoo voor te stellen, dat niemand er een greintje sympathie voor heeft.
De groote aantrekkingskracht ligt niet in het relaas der misdaden maar in de onzekerheid hoe het zal af loopen. De nieuwsgierigheid is bij alle roman-lectuur steeds de groote aanporster tot lezen. En omdat de nieuwsgierigheid juist bij detective-romans het meest gespannen wordt gehouden, bestaat het gevaar dat men op zulke lectuur verlekkerd wordt .
Maar in het nu en dan lezen van zoo’n boek zien wij geen gevaar, tenzij de kans om verslaafd te raken aan dit ontspanningsmiddel; want dan is er voorjongere en zelfs onvoldoend ontwikkelde oudere het grootere gevaar van aldoor te leven in een omgeving van misdaad, bedrog en sluwheid.
RFD. B
Ingekorte (!) versie van brief en antwoord uit Boekenschouw, maandblad voor R.K. lezers, jaargang 16 1922-1923
Maar goed dat dat tinten-grijs-boek toen nog niet bestond’;-))
LikeLike
Mevrouw zou flauw gevallen zijn. Andere tijden andere zeden.
LikeLike
Discussie van alle tijden. Nu voor wat betreft geweld op televisie en in computerspelletjes en over de seksualisering van veel media-uitingen, reclame en zo voort.
Mooi ook te zien hoe men nog de tijd nam voor het opschrijven van een gedachtengang. Dat is wel wat anders dan 144 Twittertekens. Te kort is niet goed, te lang ook niet. De gulden middenweg, waar is die precies?
LikeLike
Ja, mevrouwen hadden veel meer tijd. Geen baan en een dienstmeisje voor dag en nacht. Voor mij is het een mooi inkijkje in die tijd, hoe ze dachten en die gedachten onder woorden brachten.
LikeLike
Pingback: Moord en doodslag | woutsorgdrager