Vanachter de strijkplank een goed gesprek voeren. Dat is wat Sara Kroos gaat doen, zo vertelde ze bij Pauw & Witteman. ’s Zondags in haar eigen kleine theatertje in Weesp, in plaats van een kerkdienst, voor gelovigen en ongelovigen. Huiselijk, ongedwongen, “aan de strijk”, zo zei ze.
De strijk. Een opmerkelijke woordvorm. Naar analogie van ‘de was’? ‘De strijk’ kan iets heel concreets uitdrukken: het strijkgoed dat nog gestreken moet worden: “de strijk ligt op de keukentafel”; het klinkt Vlaams. Veel vaker drukt het ook het hele ritueel uit: “Zondagochtend ga ik maar eens aan de strijk.” Het uitzoeken van de was, het apart leggen van het goed dat nog gestreken moet worden. Een moment uitzoeken waarop gestreken kan worden (ik doe het graag tijdens een interessant programma op de radio), een plek zoeken waar het kan, de plank uitvouwen, de bout warm maken, het water bijvullen in het reservoir, het strijkgoed sorteren en dan pas het strijken zelf.
Mensen die geen beslissingen kunnen nemen zouden eens aan de strijk moeten. Je krijgt zomaar veel tijd om na te denken, om alles eens even op een rijtje te zetten. Strijken werkt therapeutisch, zou eigenlijk vergoed moeten worden door de zorgverzekering.
Hier in de rond Alkmaar en in Westfriesland is ‘de strijk’ (de stroik) een bekende term die ik zelf ook gebruik.
LikeLike