Lang geleden alweer bracht ik in New York een nacht door met een stevige decorbouwer. Een vrolijke veertiger, een van de eerste mannen die ik kende met een tattoo. Dat wil zeggen, aanvankelijk viel er helemaal niets te zien. De tattoo zat zogezegd onder de bekleding. Toen deze ’s nachts uitging, zag ik dat er DICK geschreven stond op zijn geslachtsorgaan. Ik keek er verbaasd en geamuseerd naar. ‘Waarom heb je dat er op laten zetten’, vroeg ik. Hij heette helemaal geen Dick maar David en het leek me onwaarschijnlijk dat het een woord was dat naar zichzelf verwees; dat het om een ‘dick’ ging was overduidelijk. Een wegwijzer was helemaal niet nodig.
Pas de volgende ochtend vertelde hij me hoe het zat. Er stond eigenlijk DICK’s. Dick was de naam van zijn eerste vriendje. Maar de ‘s’ was wat klein uitgevallen en in de loop der jaren gewoon versleten.
Wat zal een decorbouwer zich ook druk maken over decorum.
LikeLike