Het leek wel aslof een filmregisseur het zo had bedacht, maar er was geen camera in de buurt.
Ze sprak luid in haar mobiele telefoon, in het Russisch, of een taal die daar op leek. Ze huilde hartverscheurend tussen de zinnen door, zomaar op de gracht, in het warme namiddaglicht. Ze droeg mooie dure schoenen, een lichtgrijs jasje, blauwe sjaal en een schoudertas van een bekend merk. Haar donkerblonde haar opgestoken, plukjes opzij, zonnebril met lichtgroene glazen daarin gestoken. Mooi was ze, erg mooi. Ik hoorde haar steeds maar huilen terwijl ze verder liep, totdat ze de hoek omging.
Om de een of andere reden voelde ik geen medelijden met haar, daar was ze denk ik gewoon te mooi voor.