Op een mooie ochtend eind mei kijk ik rond aan de andere kant van de grachtengordel, de hoge nummers bij de Amstel. Ook hier staan nog steeds teksten uit het verleden. Soms bijna vervaagd, soms weer opgepoetst of zelfs weer opnieuw aangebracht in de originele belettering. Die teksten vertellen verhalen over lang vervlogen en nog niet eens zo heel lang vervlogen tijden.
Op dit statige pand, Herengracht 619, ooit in bezit van zijdekoopman Jan Six, staat als naam boven deur ‘Salvis Hvis Domvi’, ‘Heer, zegen dit huis’. Een aantal van de letters lijkt vervaagd, maar dat is niet zo, ze vormen een deel van het chronogram. De in goud aangebrachte letters kunnen ook Romeinse cijfers zijn. Met wat goed wil valt te ontcijferen dat het huis stamt uit het jaar 1667.
Ik loop terug naar de Utrechtsestraat. Het is nog vroeg en ongewoon stil. Als ik naar boven kijk, kan ik op de gevel van het pand op de hoek van de Kerkstraat nog net ontcijferen ‘HOTEL’. Binnenkort zullen de letters helemaal verdwenen zijn. Beneden bevindt zich een lekker ouderwets café, Krom. Het is nog geen tijd voor hun specialiteit, een goed glas genever. Boven, zo vind ik op internet, was in de jaren twintig Hotel Kuijper gevestigd, straks weet niemand dat meer …
Op de hoek van de Utrechtsestraat en Herengracht zit cafe Brug 34 dat op de website vertelt over de ‘art deco vensters’. Boven het venster is beschilderd glas te zien maar de gouden letters zijn nauwelijks leesbaar. Ooit moet hier hebben gestaan : ‘Nouveauté’s, Françaises, Costumes, Dames, Enfants’. Het zou mooi zijn als de eigenaar dit liet restaureren door een letterkunstenaar! Het opschrift dateert nog uit de tijd dat Frans, zeker in de modewereld, een voorbeeldfunctie had. Het was chique, gedistingeerd, nobel. Engels werd nauwelijks gebruikt.
Eind jaren tachtig werkte ik twee dagen in de week in de Utrechtsestraat. Maar ik kan het pand van de Focus Gallery met daarboven het kantoor van maandblad Focus nauwelijks terugvinden, er is veel veranderd. Nog altijd is de Utrechtsestraat een drukke, gezellige winkelstraat.
Op nummer 30 valt het mooie winkelpand op, gebouwd door G. van Arkel in 1906. Op de lateibalk boven de etalage staat nog duidelijk leesbaar, nog steeds niet weggeschilderd: ‘H. Brückmann.’ Die naam hoort duidelijk niet bij de ‘Electronica Boutique’ die nu in het pand is gevestigd. Brückmann had hier voor de oorlog een naaimachinehandel (bron: Joods Amsterdam).
Op een andere hoek staat nog steeds fier overeind een opvallend pand met goed leesbaar veel tekens
uit het verleden. Beneden zit café-restaurant ‘Onder de ooievaar’. Dat verwijst naar het Haagse wapen in het torentje van het gebouw dat ontworpen is door de gebroeders Van Gendt. Kenmerkend zijn de wilde baksteenvormen die als gevelversiering zijn gebruikt. Tussen de twee deuren aan de kant van de Prinsengracht bevindt zich een mooi bewaard gebleven moraliserend tegeltableau: Twee levenswegen. De verkeerde weg die leidt tot de donkere ondergang en de verstandige weg gaat natuurlijk naar het licht: het pad van de Onderlinge Levensverzekering Mij ’s Gravenhage’.
Er is veel moois te zien aan de andere kant van de grachtengordel. Ik heb nog tijd voor een kopje koffie in de tuin van de Hermitage aan de overkant.