Jan Brokken beschrijft in De Kozakkentuin de innige vriendschap tussen Alexander Jegorovitsj von Wrangel en Fjodor Michajlovitsj Dostojevski. In het verre Semipalatinsk in Siberië zien ze elkaar regelmatig, in voorjaar en zomer in de kozakkentuin, de tuin vol bloemen van het buitenhuis bij de rivier waar Von Wrangel en Dostojevski heel veel pijp roken. Ze praten over filosofie en over de misdaden in de omgeving. Von Wrangel is officier van justitie en heeft dagelijks te maken met boeven. Ze hebben het ook heel veel over hun bieder geliefden, want allebei zijn hopeloos verliefd op vrouwen die toevallig allebei getrouwd zijn.
Jan Brokken schetst een mooi beeld van de vriendschap en dat uitgestrekte Russische Rijk in het midden van de 19e eeuw. Primitief nog, heel corrupt en gewelddadig, maar ook romantisch, zwaarmoedig en sentimenteel. Tussen alles door staan prachtige zinnen die ik graag nog eens overlees:
“God heeft altijd gelijk en geloof bestaat uit bijgeloof”, aldus de essentie van de Russisch-orthodoxe religie volgens Njanja, de kinderjuf van Alexander Jegorovitsj.
“Van alle leerscholen is reizen misschien niet de beste – dat zal de liefde wel zijn – maar beslist de veelzijdigste.”
“Behoudens de maan leek niets verder weg te liggen dan Semipalatinsk.”
“De reis rond de wereld verdreef de laatste restjes gewichtigheid uit mijn geest en leerde mij het relativeren waartoe Russen zo moeilijk in staat zijn.”(Alexander bleef een buitenstaander)
“Vrijheid is als een ballon, voor je ’t weet prikt iemand ‘m door.” (Oom Nikolaj)
“Goede mensen nemen niet altijd de juiste beslissingen.”
“De tsaar bewaarde een levenslange argwaan tegen alles wat jong en gloedvol was” (over tsaar Nicolaas I)
“Welwillende bedienden vormen de halve weg naar het geluk.”
“Van alle familieleden in het huis was zij in al haar afwezigheid de meest aanwezige, bij iedere stap die ik in de kamers zette, welde een herinnering op of hoorde ik haar iets vertellen.” (Over zijn overleden moeder bij zijn thuiskomst op Terpilitsy.)
“Thuiskomen gaat minder snel dan een treinreis doet vermoeden.”
Terug in Terpilitsy, na de snelle treinreis Moskou -Sint Petersburg: “Terpilitsy, waar de tijd weliswaar trager voortkroop maar mensen beter de gelegenheid gaf nader tot elkaar te komen,”
Over F.M. Dostojevski: hij stond onverschillig tegenover natuurverschijnselen, zoals de vuurzee op de steppe, hij werd volledig in beslag genomen door bestudering van de mens, met al zijn kwaliteiten, zwakheden en hartstochten. “Hij zocht en speurde tot hij het kleinste knikje waarnam in de menselijke ziel.”
“Bij anderen zag hij het scherp; voor hemzelf was de liefde een donker woud waarin hij en Maria aan het verdwalen waren.”
“Het huwelijk was in die dagen een bizarre koehandel.”
“Het leven bestaat uit schijn en de grootste schijnvertoning is het huwelijk.” (Katja)