Vorige week, bij prachtig weer een uitstapje gemaakt naar Haarlem. Je bent er zo, maar je stapt een andere wereld binnen. Rustiger, vriendelijker.
Ik loop langs het Spaarne. er valt heel veel te zien zoals een prachtig brugwachteshuisje. Het Spaarne is breed als een echte rivier.
De binnenstad heeft nog. veel prachtig opschriften ebeard. Ze bewijzen naar bedrijvigheid van lang en nog niet zo heel erg lang geleden. Wie weet nog wat er verkocht word in een ‘fouragehandel’? Volgens Van Dale voornamelijk zaken die nodig waren voor het houden van paarden: hooi en stro. Dit stukje van de wal heet dan ook Hooimarkt, even voorbij de Friese Varkensmarkt.
Om de hoek op de Nieuwe Gracht een fraai kindertehuis dat nu Kinderdagverblijf Kakalbont heet.
Hier zat de De Algemeene Noord-Hollandsche Levensvezekeringmaatschappij een pand uit 1900. De Jugendstil-belettering is een beetje sleets geworden. Bij de entreee een fraai tegeltableau.
Fraaie belettering met merkwaardige streepjes onder sommige klinkers. Ik kan niet meer vinden van welke Aula dit is, ergens aan het Spaarne bij een brug.
Kruidenierswaren kennen we nog wel maar grutterswaren? Van Dale vertelt dat de grutter vooral groten verkocht, een mengsel van haver en boekweit, maar ook wel erwten en bonen. De spatie hoort er natuurlijk niet te staan, de grutter handelende in grutterswaren.
Op weg naar het station kom ik nog dit fraaie opschrift tegen van de Tweede Hollandsche Maatschappij van Levensverzekering. Zou er ook nog een opschrift te vinden zijn ban de Eerste Maatschappij?