De Nieuwezijds Kolk oogt als een rommelig pleintje bij de tramhalte en parkeergarage aan de Nieuwezijds Voorburgwal. Het is een van de oudste delen van de stad, nu in bezit genomen door toeristen op de grote terrassen in het midden. Langs de rand zijn hotels, restaurants, een fietsenverhuur en souvenirshops. Alleen als je goed kijkt zie je nog resten van de vroegere bedrijvigheid. De gevels tonen nog oude opschriften die verwijzen naar winkels en werkplaatsen van ambachtelijke bedrijfjes die hier tot dertig jaar geleden nog probeerden te overleven. Er was een bakker en een melkboer en een ouderwetse paardenslager. Aan de evenkant, boven de panden 2, 4 en 6 is nu mooi leesbaar te zien: ‘EIERHANDEL JANSEN EN ZOON’. Aan de overkant is nog net te lezen het opschrift ‘LIKEURSTOKERIJ de Wildeman, LEVERT & Co’ maar de eierhandel en de likeurstokerij zijn al lang verdwenen.
Het grote, mislukte ‘Kolk-project’ uit de jaren negentig van architect Ben van Berkel heeft hier zijn sporen achtergelaten. Een vreemd modern hotel en een groot hoekig kantoorpand, nu politiebureau, detoneren in dit oude deel van de stad. Nieuwbouw vreet zich een weg door de oude bochtige gangen en stegen. Het geplande winkelcentrum dat op de plaats zou komen van de oude Roxy-bioscoop aan de Nieuwendijk is nooit iets geworden en maakt nu een desolate indruk. Tijdens de aanleg van de parkeergrage werden resten gevonden van stevige oude muren uit de 13eeeuw. Nog steeds doen archeologen onderzoek zoals op het terrein achter de Hema. Sommigen veronderstellen dat hier het befaamde ‘Kasteel van Amstel’ moet hebben gestaan, bekend uit de Gijsbrecht van Vondel.
Veel van de oude panden ronde de Kolk werden jarenlang verwaarloosd. Dit deel van de stad telde nooit echt mee en ook nu nog lijkt er alles te mogen en wordt er weinig aan gedaan om het wonen in de stegen aantrekkelijk te maken. Hier en daar, zoals in de Dirk van Hasseltsteeg, hebben bewoners er wat van gemaakt en ziet het er wat zonniger uit.
Achter het Korenmetershuisje uit 1620, verscholen in een hoek bij de Sint Jacobsdwarsstraat, is de winkel van Willem Wentholt te vinden, een van de laatste zaken waar je terecht kunt als je een dierbare koffer of tas wilt laten repareren. “Nee, ik heb geen tijd, ik ben echt niet geschikt voor een interview. Ik heb alles al zo vaak verteld. Ik hou ermee op, ik wil de zaak verkopen, ben niet geïnteresseerd. U bent van het staddorp? Nee, nog nooit van gehoord. We zijn hier ons eigen dorp meneer, midden in de stad, maar het dorp wordt steeds kleiner.”
Het ruikt naar leer en lijm in het ‘lederwarenreparatieatelier’ van Willem Wentholt die dit jaar 75 wordt. Overal bakjes met onderdelen, gereedschap en lappen leer. Een oude Singernaaimachine, een industrienaaimachine en een nieuwsgierige cyperse kat. Hij zit al sinds 1981 op deze plek die lijkt op een filmdecor. In de knipselmap staan veel verhalen over beroemdheden die deze werkplaats wisten te vinden, Hij maakte koffers op maat voor prins Bernhard en Ed van de Elsken, een vioolkist voor een beroemde violiste. Hij repareerde de koffer voor Elisabeth Taylor gemaakt van Perzische tapijten, via haar hotel kwam ze aan zijn adres. Wentholt kan alles. Een nieuwe koperen sluiting voor die mooie Louis Vouitton tas, andere zwenkwieltjes onder de geliefde rolkoffer, het kan allemaal. Uit het buitenland sturen mensen koffers naar hem toe, vaak dierbare erfstukken die behouden moeten blijven, maakt niet uit wat het kost. Zijn vader en grootvader zaten al in het vak, helaas is er geen opvolger, zijn dochter voelt er niets voor om de zaak voort te zetten, ze woont in Oostenrijk.
Vijftig jaar vakmanschap, Wentholt weet nog wat een ‘els’ is, hij weet hoe je oud leer moet behandelen, hoe je een vastgelopen ritssluiting weer open krijgt. Ja, soms verkoopt hij weleens een ‘moneybelt’ aan toeristen maar aan het repareren van rugzakken begint hij niet. Te veel gepruts, de kosten lopen al gauw op, dan kunnen ze beter een nieuwe kopen.
Gauw aanpassen: Slinger = Singer. Mijn reactie wegdoen. Niemand vertellen. Mooi!
LikeLike
Bedankt!
LikeLike