Bestaan ze nog, actrices die ‘comédienne’ genoemd worden? Die in staat zijn om een lange monoloog over het voetlicht te brengen, met glans, met brille en toch ook met een zekere diepte? Die kunnen zingen en hun eigen teksten schrijven? Ik herinner me Fie Carelsen nog, die beroemd was vanwege haar telefoon-monologen, maar dat was bepaald geen comédienne. Mary Dresselhuys had wel dat lichte, maar deed zelden een monoloog. De zeer Britse actrice Joyce Grenfell (1910-1979) was het bij uitstek, helaas is zij hier vrijwel onbekend gebleven.
Ik leerde Grenfell kennen door een Zuid-Afrikaanse vriendin van me, die opgroeide in een Engels-sprekend, muzikaal gezin dat sterk op de cultuur van de BBC georiënteerd was. In de jaren zeventig waren er nog video’s en bandjes van Joyce Grenfell te krijgen, ik bekeek de ouderwetse shows, luisterde naar de liedjes en monologen, kon alles verstaan en was onder de indruk van het vakmanschap van deze actrice, die ook tal van kleinere rollen in films vertolkte en tv-shows had op dat gloednieuwe medium.
Haar monoloog ‘First flight’ ontroert me nog steeds. Het gaat over een moeder die haar eerste vlucht maakt als ze haar zoon opzoekt die in de Verenigde Staten is gaan wonen. Ze vindt het vliegen een beetje eng en praat tegen haar buurman, een zakenman die het vliegen gewend is. Ze vertelt over haar zoon Kev, hoe goed het met hem gaat en over haar schoondochter, een ‘Afro-American’. De mensen bij haar in de buurt zouden dat afkeuren, maar zij is erg open minded. Ze wil het zo graag goed doen. Een prachtige tekst, zo treffend voorgedragen door Joyce Grenfell. En nog steeds actueel.
Ga eens opzoek naar Yora Riemstra en Katinka Polderman.
LikeLike