Charles den Tex is de beste thrillerschrijver van Nederland. Won drie keer de Gouden Strop en toch is hij geen Mankell of Grisham.
In Angstval experimenteert hij met de korte zin. Hij schrijft compact. Gehaast. Driftig en geërgerd. Zo erg zelfs dat hij ook zijn lezers ergert.
Angstval is een hoogst merkwaardig boek. Een roman over een bijna mislukte privédetective Kram. Hij komt terecht in tal van opmerkelijke, gevaarlijke situaties. Hij twijfelt heel veel aan zichzelf. Ligt overhoop met zijn oude vader. En hij telt. Alles. Maar het lukt je als lezer niet om dichter bij hem te komen.
Je houdt van Kram, maar je vindt hem ook vreselijk. Hij beweegt zich op het randje van wat moreel nog aanvaardbaar is. De plot is onnavolgbaar. Liefde en haat staan naast elkaar, overlappen elkaar. Geweld is altijd dichtbij.
Eerste zin: “Kram staat onder. Voeten dwars op zijn wil. Handen als hard hout. Recht en rustig. Betrouwbaar. Vast op een plek waar hij niet hoort. Beweging kan hem verraden, en dat is lastig. Maar wel het risico van het vak. Waar je niets te zoeken hebt, is het meest te winnen. Te verdienen.”
Angstval is een boeiende mislukking. Lees Den Tex, maar vergeet Angstval.
Te kort. Door de bocht. Inderdaad. Ook den kop. 🙂
LikeLike
Ja, inderdaad, te kort is nooit goed. de = den.
LikeLike