De Franse slag

Een enkele keer mocht ik logeren in Arnhem-Zuid bij oom Hans en tante To. Hans was de wat rechtlijnige broer van mijn strenge tante Bé bij wie ik na de oorlog in huis was komen wonen. Ook tante Bé kon je rechtlijnig noemen, ze was erg gesteld op reinheid en regelmaat, mijn broertje en ik werden goed verzorgd maar streng aangepakt. 
Tante To was totaal anders. Als oom Hans om  ‘s morgens om acht uur was verdwenen naar zijn werk besteedde ze een half uurtje aan het huishouden maar daarna was het tijd voor gezelligheid. Samen met mijn twee nichtjes mocht ik beginnen aan een gigantische legpuzzel, midden in de kamer. Dat kon omdat er niemand met een stofzuiger doorheen hoefde zoals thuis in Den Dolder. Tante To las de krant en vertelde ons enthousiast wat ze nu weer voor bijzonders had gelezen of ze zat een uur lang aan de telefoon te kletsen met haar zuster die in Velp woonde.  
Met zijn allen gingen we boodschappen doen bij de winkels onder de flat. Overal werd ons iets toegestopt, een plakje worst bij de slager, een koekje bij de bakker, een dadel bij de groenteboer. Tante To was makkelijk, als ik bij de kantoorboekhandel naar de kleurpotloden wilde kijken mocht dat, net zolang als ik wilde. We gingen langs bij het hertenkamp en aaiden de ezel.
Na de middagboterham haalde tante To een spel kaarten tevoorschijn en speelden we een soort kwartetten. Bij tante Bé waren geen speelkaarten, dat hoorde niet. Ik besloot dat ik er niets over zou vertellen als ik weer terug was. 
‘s Middags luisterden ik naar de radio. Er was vrolijke muziek en soms een spannend hoorspel. Ik kroop bijna in de radio. Bij tante Bé was de radio er alleen om naar het nieuws te luisteren of naar dominee Spelberg. En ik mocht hem beslist nooit zelf aan- of uitzetten.
Aan het eind van de middag moesten we met zijn allen opruimen. Als oom Hans terug was moest alles weer netjes zijn. We zongen liedjes tijdens de afwas, het liefst tweestemmig. 

Tante Bé hoorde meteen dat ik in Arnhem was geweest, ik sprak plotseling met een Gelderse zachte g, overgenomen van mijn nichtjes. Ik had het over een boks, in plaats van een broek en dekte de tafel verkeerd, de messen aan de verkeerde kant van het bord.
Foei, dat hoorde niet. Typisch weer het huishouden van tante To, die deed alles met de Franse slag.

Een kerstvakantie bij oom Hans en tante To

Maar ik leerde tijdens die bezoekjes aan Arnhem nog een andere uitdrukking: joie de vivre. Daar hadden ze in Den Dolder nog nooit van gehoord.

Over Wllm Kalb

schrijver, lezer, docent - focus: taal, geschiedenis, fotografie, Duits(land), muziek en films uit de jaren '20 - '50
Dit bericht werd geplaatst in Feiten en meningen. Bookmark de permalink .

Plaats een reactie